De natuur ofwel het groen in een omgeving hebben we als mens en dier heel hard nodig om de balans in het leven (ecosysteem) te kunnen behouden. Die balans is door ons toedoen al enorm verstoord en het blijkt, ondanks alle klimatologische signalen, nog steeds heel erg moeilijk om echt tot de mens door te dringen dat we onze leefwereld hard aan het vernietigen zijn. Zelfs in onze eigen achtertuinen gaat het praktische gebruik vaak vóór het kwalitatieve gebruik van onze buitenruimte. Tuinen worden nog steeds in grote getalen volledig betegeld of bekleed met kunstgras vanwege het onderhoudsgemak en flexibiliteit. Aan de andere kant zie ik gelukkig ook de trend dat mensen een gezonde, of in elk geval een ‘eetbare’ tuin willen.
Dit verstenen van onze bebouwde omgeving zie je ook terug in de openbare ruimte, pleinen worden in veel gevallen voor een overgroot deel bestraat. Ruimte voor groen is er nauwelijks terwijl juist het groene element een gebouwde omgeving voor het aangename contrast zorgt in het stedelijke leven. Natuurlijk zijn er ruimtes noodzakelijk die open moeten blijven, maar er zijn genoeg grote stedelijke ruimten die een hele groene invulling niet zou misstaan. In veel Nederlandse steden worden nu de stations grootschalig aangepakt. Fantastische grote projecten die straks uitmonden in een nieuwe bijzondere entree van de stad. Opvallend vind ik het ontbreken van het groene karakter in de nieuwe entreegebieden. Dit is natuurlijk ook een begrijpelijke politieke discussie. Beplanting wordt geassocieerd met kostbaar onderhoud. Naar mijn mening speelt mee dat een groene natuurlijke investering uiteindelijk juist meer oplevert, namelijk een gezondere samenleving. In het traditionele model onderhoudt de gemeente alles, maar bewonersbeheer neemt steeds grotere vormen aan en is de stempel van bloembollen rond de bomen al lang ontgroeit. Hier zijn meer vormen voor te ontwikkelen, een VVE onderhoud bijvoorbeeld op eigen initiatief ook de eigen woonomgeving.
Juist de groeiende stedelijke druk en het groter worden van de stedelijke dynamiek vraagt ook om een grotere groene component. Groen in stedelijke omgeving heeft volume nodig om de lucht gezond en comfortabel te houden. Hoe meer gebouwen, hoe meer opwarming van de stedelijke buitenruimte. Zou het niet sterker zijn als aan nieuwe (her)ontwikkelingen toch te allen tijde een groen component hangt ten opzichte van het volume dat gebouwd wordt?
We moeten de groene omgeving een inhaalslag laten maken met de ontwikkeling van de bebouwde omgeving. Beplanting helpt weer mee met het zuiveren van de lucht en het tegengaan van de sterke opwarming door gevels en verharding. Zelfs de neerslag kunnen we beter opvangen als we groene oppervlaktes goed ontwerpen. Waarom niet lange termijn denken in plaats van alleen maar korte termijn acties? Ik zie graag een denkwijze ontstaan waarbij we als doel hebben binnen elk bebouwd gebied van 1 ha minimaal 0,5 ha aan groenoppervlak. Hierbij worden bijvoorbeeld groene gevels nog niet eens meegerekend.
Posted By
Jesse van Keeken
Categories
Blog
Tags
Buiten5, groene stad, klimaatbestendige stad, leefomgeving